Manieren van composteren

Composteren is een rottingsproces, allerlei organismen zoals wormen, insecten en bacteriën gaan aan de slag om jouw afval om te zetten in compost. Dit gebeurt met behulp van zuurstof. Het is dus belangrijk dat er voldoende zuurstof bij de composthoop komt, als dit niet gebeurt kunnen er juist broeikasgassen vrijkomen. Zelf composteren kun je op verschillende manieren doen.

Composthoop- of bak

Als je de ruimte hebt kun je gaan voor een composthoop of compostbakken. Een composthoop- of bak heeft zo’n 1,5 meter in de hoogte, breedte en lengte nodig. Op deze hoop kun je je GFT afval (Groente-, Fruit- en Tuinafval) kwijt. Om voldoende te luchten moet de hoop tweemaandelijks om geschept worden. Bij een composthoop- of bak kun je na ongeveer 4 tot 6 maanden de compost gebruiken om je tuin te voeden. Bij de meeste tuincentra kun je compostbakken aanschaffen, of je kunt er zelf één bouwen.

Compostvat

Je kunt ook kiezen voor een compostvat. Ideaal als je een wat kleinere tuin hebt. Een compostvat koop je bij een tuincentrum en heeft, anders dan een compostbak, onderaan een geperforeerde bodemplaat. Een compostvat kun je het best op een zonnige plek zetten. Door de donkere kleur verhoogt de temperatuur waardoor het proces wordt versneld. Voldoende zuurstof creëer je door wekelijks te luchten met een beluchtingsstok. Na 6 tot 9 maanden kun je bruikbare compost verwachten.

Wormenhotel

Heb je weinig ruimte, bijvoorbeeld alleen een balkon? Dan is een wormenhotel een goede optie! Een wormenhotel (of wormenbak) is een kleinschalige manier van composteren. Ideaal voor op je balkon, of zelfs in je keuken. Zo’n bak kun je zelf maken of kopen. Let goed op welke wormen je aanschaft, als ze uit een composthoop komen heb je de goede te pakken. Er zijn ook Wormenhotels die je samen met je buurt of voor je school aan kunt schaffen, kijk hiervoor eens bij Compostier. Met een wormenbak duurt het ongeveer 2 maanden tot je vloeibare mest kunt aftappen en na 8 tot 10 maanden wordt het afval omgezet tot bruikbare compost.

Groen & Bruin afval

Er wordt onderscheid gemaakt in ‘groen’ en ‘bruin’ afval. Onder ‘groen’ verstaan we vochtrijk afval, daaronder vallen groente- en fruitafval en gras. Bruin afval is droog tuinafval dat meestal ook echt bruin is, zoals twijgjes, takjes of droge bladeren. Een goede samenstelling is één deel groen- en twee delen bruin afval. Deze variatie zorgt ervoor dat de compostbak niet gaat stinken.

Hoe duurzaam is het?

Zelf composteren bespaart energie, door ter plekke je afval te verwerken hoeft dit niet vervoerd en verwerkt te worden. Plus het levert een mooie bodemverbeteraar op! Het is echter niet bekend of zelf composteren veel beter is voor het milieu dan grootschalige compostering van GFT afval. Het is ook belangrijk dat het goed gebeurt. Het rottingsproces dat plaatsvindt heeft voldoende zuurstof nodig, anders kunnen de schadelijke broeikasgassen methaan of lachgas ontstaan.

Let op wat je composteert

Niet alles kan op de composthoop, gooi bijvoorbeeld geen botten, visgraten of vet op de hoop en ook zieke planten kun je beter niet composteren. Milieu Centraal stelde een lijst op met resten die wel of niet op de composthoop mogen.

Deze inhoud is mede mogelijk gemaakt door Rotterdams Weerwoord, Amsterdam Rainproof, Milieu Centraal, Stichting Steenbreek en IVN Natuureducatie.

Meer weten over composteren? Lees verder via onderstaande links:

Maak je eigen compost| IVN Natuureducatie
Zelf composteren | Milieu Centraal

Ben je op zoek naar meer tips of inspiratie? Kijk bij onze overige artikelen!